Overleveringen

EU-lidstaten kunnen op grond van het Europees aanhoudingsbevel (EAB) rechtstreeks de overlevering van een gezochte persoon aan rechterlijke autoriteiten in een ander EU-land vragen, in dit geval dus aan Nederland. De opgeeiste persoon wordt in Nederland gesignaleerd en vervolgens aangehouden door de politie en vervolgens inverzekering gesteld. Binnen de vastgestelde termijn wordt de opgeeiste persoon in bewaring gesteld. De raadkamer van de rechtbank beveelt vervolgens op vordering van de officier van justitie de gevangenhouding. Wanneer de rechtbank te Amsterdam de verzochte overlevering toelaatbaar acht, wordt de opgeëiste persoon feitelijk aan de opeisende staat overgeleverd.

In de procedure van deoverleveringswet is er één instantie die over de overlevering beslist, de rechtbank te Amsterdam. Tegen de beslissing van de rechtbank is geen hoger beroep of cassatie mogelijk. Overleveringsverzoeken worden gedaan d.m.v. het Europees Arrestatiebevel (EAB). Deze standaardwerkwijze maakt de kans op fouten kleiner en beperkt het onderzoek van de Rechtbank tot die omstandigheden die door de persoon wiens overlevering wordt gevraagd worden gesteld.

Aan de advocaat de taak om alle omstandigheden die in het voordeel van de opgeeiste persoon kunnen werken zo goed mogelijk naar voren te brengen bij de Rechtbank en zorg te dragen dat de rechten van de opgeëiste persoon zo goed mogelijk gewaarborgd zijn


Klik hier om terug te keren.
 

de vilder advocaten nsva